Dit is een verhaal voor de bundel 'Bij Nacht en Ontij' van Doktersdienst Groningen en dewebschrijvers.nl Insturen van verhalen kan tot 1 september.
Tien gouden minuten
door Inge Klinkert
“Ik bel de
Doktersdienst!”
Het was zaterdagavond
en ons zoontje van 4 maand oud was al een paar dagen ziek. Snotterig, hoesten,
maar geen koorts. Vrijdagmiddag was ik nog met hem bij de huisarts geweest en
die adviseerde de baby-otrivin van Apotheek Helpman, dat zou het ademen wat
makkelijker maken. In de loop van de zaterdag begon hij echter steeds meer te
hoesten. Soms liep hij bijna blauw aan. Doodeng. ’s Avonds werd hij huilerig,
wilde zijn fles niet meer drinken en hoestte aan één stuk door. Zo durfde ik de
nacht niet in.
“Het kan wel even duren
voor de dokter langskomt”, zei de telefoniste van de Doktersdienst, “het is
momenteel erg druk.”
Om 23.30 uur ging de
bel. Een vriendelijke dokter stelde zich aan ons voor en onderzocht vervolgens
onze zoon. Ze luisterde met de stethoscoop naar zijn longen en zijn hart, ze
nam zijn temperatuur op en zei toen: ‘Uw zoontje is hartstikke verkouden maar
verder kerngezond, zijn lichaam kan en moet het zelf oplossen. U kunt hem
helpen door te stomen, ga maar met hem in de damp van een hete douche zitten,
dat maakt het slijm los.”
Ik excuseerde mij voor
het feit dat ik beslag had gelegd op haar kostbare tijd. Dat wimpelde ze af,
maar ze wilde wel graag weten waarom ik zo overbezorgd was om een verkouden
baby. Ik vertelde haar dat onze zoon een tweelingzusje heeft gehad, die negen
weken na haar geboorte overleed. En dat we zo bang waren dat ons zoontje ook
dood zou gaan.
Toen deed ze haar jas
uit en luisterde naar ons verhaal. Over onze zorgen, angsten en verdriet.
Ik denk dat ze zo een minuut of tien bij ons gezeten heeft. Tien gouden
minuten. Ze veroordeelde niets, ze erkende onze emoties en gaf er een
deskundige, empathische reactie op.
“Ik kan me voorstellen
dat jullie bezorgd zijn. Daar is nu echter absoluut geen reden voor. Als hij
koorts krijgt, moet je ons bellen. Maar ook als je je zorgen maakt, bel! Ik kom
liever tien keer voor niks dan één keer te laat.” Ze trok haar jas aan, gaf ons
een hand en dook de nacht weer in.
Ik zette de douche aan
en zat vervolgens met mijn snotterende zoon een half uurtje in de damp. Daarna
dronk hij gulzig zijn flesje leeg en gingen we rustig slapen. En die dokter van
de Doktersdienst? Ik ben haar naam vergeten, maar ik vergeet haar nooit meer.