zondag 15 april 2012

Agmar van Rijn: In het krijt


Dit is een verhaal uit het Boekenweekproject van de webschrijvers.nl met het thema "Vriendschap en andere ongemakken." 

In het krijt
door Agmar van Rijn

‘Ja, met mij.’
‘Hee… hoi Eline.’
‘Ik wilde even met je kletsen. Het was zó vervelend vandaag, ik moest een hele stapel facturen inboeken en ik heb keihard mijn best gedaan, maar toch kwam Anoesjka me om vijf uur op de vingers tikken!’
Marijke legt haar boek naast zich op de bank. Haar vingers spelen met de bladzijden.
‘Of ik morgen misschien mijn Iphone met rust kon laten, en me op mijn werk kon concentreren, belachelijk toch?’
Marijke onderdrukt een zucht.
‘El, Anoesjka is heus niet zo’n bitch hoor. Het is toch ook belangrijk om je werk af te krijgen?’
‘Jee, Marijke, wanneer ben jij ineens dominee geworden? Nu we geen collega’s meer zijn neem je het ineens voor haar op!’
Marijke denkt aan de assertiviteitscursus, het voornemen duidelijker te zijn tegen haar beste vriendin. In de cursusgroep gingen oefeningen prima. Haar voorzichtig uitgesproken meningen werden met respect ontvangen en al snel begon ze zich wat zelfverzekerder te voelen. Marijke haalt adem. Hou het bij jezelf, wees rustig en duidelijk.
‘Eline, ik vind het niet zo leuk als je me een dominee noemt. Het was niet mijn bedoeling je de les te lezen. Ik bedoel gewoon dat je het misschien niet zo zwaar op moet nemen, wat Anoesjka zegt.’
‘Nou breekt mijn klomp! Je bent toch mijn vriendin, of is het je soms naar het hoofd gestegen nu je bij dat advocatenkantoor zit?’
Is het koud hier in de kamer, heeft ze te lang stilgezeten met haar boek op de bank?
‘Nee Eline, maar…’
‘Nou, laatst heb je me ook al zo laten zitten, toen ik me zo klote voelde omdat Klaas nooit terugbelde!’
Elines stem schiet de lucht in.
Marijke denkt aan Klaas, aan die schitterende vierkante kop. Wat had ze graag een praatje met die jongen aangeknoopt toen ze hem in de kroeg zag staan, aan de toog. Maar Eline legde een hand op haar arm en kondigde aan dat zij hem wel zag zitten.
Toen Klaas na één date nooit meer belde, was Eline op een vrijdagavond langsgekomen, met rode ogen, in haar joggingpak en met een weekendtas over de schouder. Ze wilde graag blijven logeren, samen op de bank hangen, chocola en chips eten en naar Net5 kijken. Omdat zij zo verdrietig was. Marijke had stokstijf voor de deur gestaan. Diezelfde middag had ze haar eerste cursusbijeenkomst gehad, en ineens zei ze dat het niet zo goed uitkwam, vanwege andere plannen. De hele avond had ze Elines helderblauwe ogen voor zich gezien, die zich opensperden toen ze langzaam de deur dicht had gedaan.
‘Eline. Je had toen ook eventjes kunnen bellen, het kwam toen niet zo goed uit. En je kunt me toch niet voor de voeten gooien dat ik niets voor je over heb. Ik probeer altijd mijn best te doen, ik geef heus heel veel om je.’
Ze hoort het zichzelf zeggen. Altijd was ze voor Eline in de bres gesprongen, al leek het niet altijd eerlijk wat het frêle meisje met de witblonde pijpenkrullen uitspookte. Als kind al, toen Eline gelogen had tegen Marijkes moeder, dat zij echt niet haar dure lippenstift had gebruikt bij hun verkleedspel. En later, toen Eline fors uit de kas van hun werkgever had gestolen. Marijke had het ontbrekende bedrag bijgepast, om te voorkomen dat Anoesjka het zou ontdekken. Toen Eline later snikkend opbiechtte dat ze  diep in de schulden was geraakt, had Marijke haar ook nog een flink bedrag geleend.
‘Aah, ik snap het! Het gaat je om het geld, hè? Je wilt zeker je geld terug! Je weet heus wel dat ik het nu niet terug kan betalen! Ik begrijp niet dat je me niet gewoon kunt vertrouwen!’
‘Het gaat me niet om het geld, Eline.’
‘Nee? Oh nee? Waarom zeg je dat dan zo, dat je zóveel voor mij gedaan hebt?’
Met een klap valt Marijkes boek van de bank. Ze haalt diep adem.
‘Luister Eline. We doen het zo. Jij belt me nooit meer op, en je komt nooit meer langs. Ik heb er genoeg van, ik wil geen vriendinnen meer zijn. Die drieduizend euro hoef ik niet meer terug, oké? Succes ermee.’ En ze drukt Eline weg.

De cursusleider prijst haar. Ze heeft eindelijk een grens gesteld. Merkwaardig rustig voelt ze zich eronder. Ze mist Eline niet, en Eline heeft op haar beurt niets meer van zich laten horen. Zou het dan eindelijk lukken om een eigen leven te leiden?
Op een namiddag gaat de bel. Er staat een kleine, vaag bekende vrouw voor de deur, haar ronde gezicht is dichtgekit met foundation en ze heeft bleekroze lippenstift op. Van achter haar rug komt een grote zwarte microfoon, die ze voor haar mond positioneert.
‘Halló! Jij moet Marijke zijn! Wat fijn dat we je thuis treffen! Je zult je wel afvragen waarom we op de stoep staan, nietwaar? Nou…’
De vrouw kijkt opzij, waar een cameraman is opgedoken. Op dezelfde overdreven enthousiaste toon gaat ze door:
‘Het gaat om iemand die jij al heel erg lang kent. Ze is er door dik en dun voor jou geweest, een echte vriendin! Ze is zelfs zo ver gegaan jou op den duur, toen het niet goed met je ging, drieduizend euro te lenen!’
Nu schiet het gezicht van de vrouw weer naar haar, scannend naar haar reactie.
‘Maar vervolgens betaalde jij dat geld niet terug! Toen kon je vriendin het niet meer volhouden je te steunen in jouw slechte periode, en heeft zij de vriendschap verbroken! Maar daar heeft ze spijt van….’ De vrouw stapt verder naar voren, staat nu half in Marijkes deuropening.
‘Ze heeft het gevoel dat ze bij je in het krijt staat, omdat ze er niet voor jou is geweest toen je het moeilijk had! Daarom wil ze het graag met je goedmaken, en tegen je zeggen dat het haar spijt! Hier komt zeeeee!’
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten