dinsdag 3 april 2012

Floor Vinckers: "Wil je mijn vriendje zijn?"


Dit is een verhaal, dat is geschreven in het kader van het Boekenweekproject van dewebschrijvers.nl met als thema 'Vriendschap en andere ongemakken.  

‘Wil je mijn vriendje zijn?’
door Floor Vinckers

Ze durfde in het begin nog niet zo gretig in te gaan op de uitnodigingen van haar kennissen. Zichzelf zomaar te bestempelen tot iemands vriend druiste tegen haar bescheidenheid in. Maar het leek voor de anderen niet zo’n ‘big deal’ te zijn, dus stapte ook zij aarzelend in de nieuwe sociale groep die leek te ontstaan.
Via haar vrienden leerde ze anderen kennen. Niet zo heel goed, maar kennelijk toch goed genoeg om ook van hen uitnodigingen te krijgen. Zelf mensen vragen durfde ze nog niet.
Het was leuk: vrienden informeerden haar over films en evenementen in de buurt en hielden haar op de hoogte van de dingen die zij samen deden.
De mooiste foto’s van plekken die zij hadden bezocht en de gekste filmpjes van activiteiten die ze met elkaar hadden ondernomen passeerden de revue. Ze voelde zich met hen verbonden.
Ook wat er in hen omging werd met haar gedeeld en soms kon ze iemand verder helpen met een bemoedigend woord of toejuichen met een felicitatie.
Tot nu toe had ze al 232 uitnodigingen geaccepteerd. Het begon een flinke klus te worden om al deze nieuwe vriendschappen te onderhouden.
Elke avond besteedde ze uren aan haar vrienden om geen moment te missen van wat zij allemaal te vertellen hadden. De filmpjes zien, de foto’s bekijken en af en toe reageren op de verschillende onderwerpen die aan bod kwamen. Ze genoot ervan.
Het ging een tijd heel goed. Ze voelde zich populair en hoorde erbij. De vriendenclub bleef zich uitbreiden en zo leerde ze steeds meer mensen kennen.
Op het werk verslapte haar aandacht. Tijdens vergaderingen had ze meer oog voor de berichten van vrienden en besteedde veel aandacht aan de foto’s van hun vakanties. De lunchpauze bracht ze door met hen in plaats van met haar collega’s.
Het werd steeds zwaarder om ’s ochtends uit bed te komen en zelfs de simpelste klusjes op het werk kostten haar moeite. Haar toenemende moeheid weet ze aan de avonden waarop ze tot laat in de nacht bezig was met het leren kennen van haar nieuwe vrienden. Ze liet zich op het werk steeds meer afleiden door de verhalen die ze tussendoor van hen te horen kreeg.
Zodra ze ’s avonds thuis kwam, schakelde ze om en kon zich weer storten op de belevenissen van de vriendenclub. Dat was eigenlijk het enige waar ze zich nog toe kon zetten.
 
Toen gebeurde het: een black-out tijdens een vergadering. Het onderwerp waar altijd haar naam bij stond op de agenda, was iets waar ze niks meer over kon vertellen. Het lukte niet om zich te herinneren wat ze er de afgelopen weken aan had gedaan. In een waas van schaamte was ze de vergaderzaal uitgerend. Collega’s hadden haar huilend achter haar bureau aangetroffen.
Burn-out. Voor haar betekende het vooral niks meer kunnen. Ze lag dagenlang in bed. Met moeite kon ze af en toe contact hebben met een van haar vrienden. Werken ging al helemaal niet en voorlopig zat ze thuis.
Gelukkig kreeg ze veel steun van de mensen die ze kende. Ze lieten af en toe van zich horen en met bemoedigende woorden staken ze haar een hart onder de riem. Omdat ze thuis zat, had ze nog meer tijd om mee te genieten van de feestjes die geweest waren en de plekken die haar vrienden hadden bezocht.
Na een aantal weken merkte ze dat ze weer een beetje zichzelf werd. Die hernieuwde energie gebruikte ze om iedereen weer op de hoogte te houden van haar leven en vrienden te bedanken voor hun zorg.
Langzaamaan krabbelde ze weer op en begon met een paar uren werken. Het zich opnieuw eigen maken van de werkzaamheden ging moeizaam.
Het intensieve contact met haar vrienden nam af. Zij hadden het ook allemaal druk met hun eigen leven, zag ze.
Zelf ging ze ook weer verder met haar leven: werken en de rest van de tijd proberen te steken in vriendschappen. Ze merkte dat ze haar energie weer terughad en al was het op het werk nog niet helemaal zoals eerst; ze kon weer lachend door het leven. 
Op een dag werd ze op het matje geroepen. Haar werkgever liet haar weten dat ze zich onvoldoende had ingezet en ontslagen werd.
Met de ervaringen uit de vorige slechte periode in gedachten was ze dit keer minder bang. Haar vrienden zouden haar er wel doorheen slepen en dankzij het grote sociale netwerk had ze vast zo weer een baan.
Opnieuw zat ze thuis. Dit keer zonder een leuk verhaal om te delen met haar vrienden.
De tijd die ze doorbracht achter de pc werd met de dag minder interessant; haar vrienden leken haar steeds minder te vertellen te hebben. De filmpjes en foto’s die ze aanklikte, had ze allemaal al vaker gezien. Wanneer ze ergens een reactie bij plaatste, werd er niet meer zo enthousiast op gereageerd als voorheen. Meepraten over de onderwerpen die aan bod kwamen, ging haar steeds minder goed af.
Ze keek de kamer rond. Maandenlang had ze geen aandacht besteed aan het huishouden. De kleren die nog niet in de wasmand lagen, hingen verkreukeld over een stoel. De enige lamp die ze aan had staan, was die bij het bureautje waar ze elke avond gezeten had. Daar waar haar pc stond. Haar huis leek donker en leeg.

1 opmerking:

  1. Ai, eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat deze 'verslaving' in zekere mate herkenbaar is. Gelukkig wordt het minder naarmate ik ouder word. Sociale media kan iemand in de realiteit behoorlijk asociaal maken. Hoe dan ook, goed stuk Floor @ naarstig op zoek naar de 'vind ik leuk'-knop;)

    BeantwoordenVerwijderen