Verslag van het hoorcollege van schrijver Lupko Ellen bij dewebschrijvers.nl op19 november 2011 (2).
Geloofwaardigheid
Alles kan, alles mag, als het maar geloofwaardig is. Handelingen en emoties van de hoofdpersoon moeten voortkomen uit het karakter en de omstandigheden van die persoon. Net zo goed, dat je de hoofdpersoon niet van de een op de andere zin van geslacht kan veranderen, geldt dat ook voor het karakter. Maak daarom een goede zogenaamde ‘mindmap’ of biografie. Een mindmap beschrijft in verschillende lagen de persoon en zijn omgeving.
In de kern gaat het om elementaire en intuïtieve zaken als drijfveer, afwijking, frustratie, verleden, opvoeding, doelen. De schil eromheen gaat om naam, uiterlijk, geslacht, beroep,voorkeuren en leefstijl. Daar weer omheen staat de omgeving, cultuur, maatschappij, tijd, seizoen, landschap, taal. Als laatste schil, direct verbonden aan de eerste staat het waarden en normenpatroon en de levensovertuiging.
Alles kan, alles mag, als het maar geloofwaardig is. Handelingen en emoties van de hoofdpersoon moeten voortkomen uit het karakter en de omstandigheden van die persoon. Net zo goed, dat je de hoofdpersoon niet van de een op de andere zin van geslacht kan veranderen, geldt dat ook voor het karakter. Maak daarom een goede zogenaamde ‘mindmap’ of biografie. Een mindmap beschrijft in verschillende lagen de persoon en zijn omgeving.
In de kern gaat het om elementaire en intuïtieve zaken als drijfveer, afwijking, frustratie, verleden, opvoeding, doelen. De schil eromheen gaat om naam, uiterlijk, geslacht, beroep,voorkeuren en leefstijl. Daar weer omheen staat de omgeving, cultuur, maatschappij, tijd, seizoen, landschap, taal. Als laatste schil, direct verbonden aan de eerste staat het waarden en normenpatroon en de levensovertuiging.
Het totaal van al
deze informatie, het personage, moet coherent en geloofwaardig zijn.
Er zijn schrijvers, die het leuk vinden
om de lezer voor de gek te houden door hen informatie te onthouden. Het is voor
een lezer frustrerend om te merken dat een beeld dat bij hem is opgeroepen
plotseling heel anders blijkt te zijn. De lezer is uit het verhaal en gaat
nadenken over de bedoeling van de schrijver. Is dat de bedoeling? Dan is het
geen probleem, Roald Dahl was er een meester in.
Het is hogeschoolschrijverij, wanneer je de lezer zover krijgt dat hij meegaat in radicale veranderingen van een verhaalsperspectief, Dahl kon het, maar kan jij het ook?
Het is hogeschoolschrijverij, wanneer je de lezer zover krijgt dat hij meegaat in radicale veranderingen van een verhaalsperspectief, Dahl kon het, maar kan jij het ook?
Conflict
De kern van de Griekse verhaaltraditie, de bakermat van onze westerse literatuur, is het conflict. Zonder conflict geen actie, geen handeling, geen verandering, geen verhaal. Er zijn twee soorten conflicten: het innerlijk conflict en het uiterlijk conflict. Het innerlijk conflict gaat om een keuze, die de hoofdpersoon moet maken (een voorbeeld is Hamlet, die er een heel verhaal over doet om te besluiten of hij de moord op zijn vader zal wreken)
Het uiterlijk conflict gaat tussen de hoofdpersoon en een ander persoon of een ander dier (haai) of ding (een steen, een ruimte, buitenaards iets)
De kern van de Griekse verhaaltraditie, de bakermat van onze westerse literatuur, is het conflict. Zonder conflict geen actie, geen handeling, geen verandering, geen verhaal. Er zijn twee soorten conflicten: het innerlijk conflict en het uiterlijk conflict. Het innerlijk conflict gaat om een keuze, die de hoofdpersoon moet maken (een voorbeeld is Hamlet, die er een heel verhaal over doet om te besluiten of hij de moord op zijn vader zal wreken)
Het uiterlijk conflict gaat tussen de hoofdpersoon en een ander persoon of een ander dier (haai) of ding (een steen, een ruimte, buitenaards iets)
Op welke manier geef je spanning vorm?
Je kunt spanning vormgeven als een achtbaan, van spanning op spanning op spanning of juist geleidelijk en in toenemende mate (in de mijn opgesloten, het loopt wel los, ontkenning, het komt wel goed, we kunnen er niet uit, we roepen hulp in, nog even volhouden, er sijpelt water de mijn in, het water stijgt, de hulp kan ons niet bereiken , paniek, actie, mislukking, het water tot aan de lip, berusting, redding)
Je kunt spanning vormgeven als een achtbaan, van spanning op spanning op spanning of juist geleidelijk en in toenemende mate (in de mijn opgesloten, het loopt wel los, ontkenning, het komt wel goed, we kunnen er niet uit, we roepen hulp in, nog even volhouden, er sijpelt water de mijn in, het water stijgt, de hulp kan ons niet bereiken , paniek, actie, mislukking, het water tot aan de lip, berusting, redding)
Hoe spannender de
situatie is, hoe meer je kunt vertragen, hoe meer details je kunt beschrijven.
Verdeling van
informatie is ook een manier om spanning op te roepen. De lezer weet iets wat
de hoofdpersoon niet weet, de hoofdpersoon weet iets wat zijn tegenstander niet
weet, de schrijver weet iets wat de lezer en de hoofdpersoon niet weet. René
Appel heeft er aandacht aan besteed vorige week
(zie elders het verslag van René’ s college op dit blog)
Morgen deel 3: spannende plots
Geen opmerkingen:
Een reactie posten